Edwin M. in hoger beroep veroordeeld tot negen jaar cel voor opzettelijk doodrijden motoragent

Edwin M. in hoger beroep veroordeeld tot negen jaar cel voor opzettelijk doodrijden motoragent

Vrachtwagenchauffeur Edwin M. (49) is in hoger beroep veroordeeld tot negen jaar gevangenisstraf en terbeschikkingstelling (tbs) voor het opzettelijk doodrijden van motoragent Arno de Korte. Het gerechtshof benadrukte in zijn uitspraak dat het slachtoffer op een “mensonterende en brute wijze” om het leven is gekomen tijdens zijn werk.

Eerder had de Rotterdamse rechtbank M. veroordeeld tot twaalf jaar celstraf en tbs. De straf is nu verlaagd, wat aanvankelijk moeilijk te verwerken was voor de nabestaanden. “Maar nu de uitspraak is bezonken, kunnen ze hiermee leven. Ze zijn tevreden dat hij naar de tbs-kliniek moet en niet snel terugkeert in de samenleving. Bij een lagere celstraf was dat misschien anders geweest,” aldus Frank Hamers, advocaat van de familie. Een celstraf van vijf jaar of lager had mogelijk een lichtere vorm van tbs betekend.

Niet aannemelijk

M. heeft altijd volgehouden dat hij op de fatale dag in 2021 in het Waalhavengebied van Rotterdam niet op tijd kon remmen en probeerde uit te wijken. Hij beweerde dat hij het eerste volgteken van de motoragent niet had gezien. Het gerechtshof achtte dit echter “niet aannemelijk”. Volgens de uitspraak had M. goed zicht op de motoragent vanuit zijn cabine. Hij had de agent eerder gezien bij een verkeerslicht en op het fietspad, en dacht dat hij gecontroleerd zou worden, wat hem voldoende tijd gaf om te remmen of uit te wijken.

Ambitieuze, geliefde man werd 47 jaar

Zelfs als M. het stopteken niet had gezien, had hij nog “ruimschoots de tijd om zijn voertuig met lading tot stilstand te brengen”. In plaats daarvan remde M. niet en week hij niet uit, maar drukte hij het gaspedaal in. De motoragent werd vol geraakt en “de ambitieuze, geliefde man van 47 jaar” werd honderden meters meegesleept.

Eerste uiting van medeleven

Tijdens het hoger beroep sprak M. voor de eerste keer zijn medeleven uit naar de nabestaanden en gaf hij aan behandeld te willen worden. De vrachtwagenchauffeur lijdt aan meerdere psychische stoornissen, waaronder een autistische en aanpassingsstoornis, en kampte met ernstige overbelasting en PTSS. Zelf gaf M. aan dat hij die dag niet had moeten gaan rijden, en het risico op herhaling werd groot geacht.

Dat M. verminderd toerekeningsvatbaar is, zorgde voor een lagere straf. Het feit dat het slachtoffer een motoragent was die “zoals alle politiemedewerkers bescherming verdient” en een eerdere veroordeling, woog juist zwaarder mee. Eerder had M. al eens een motoragent aangereden, waarbij deze zijn arm verloor. Na zijn celstraf en tbs mag M. ook tien jaar geen voertuig besturen. Het familiebedrijf krijgt de vrachtwagen echter wel terug.