Ex-vriend vrijgesproken van verkrachting

Ex-vriend vrijgesproken van verkrachting

In een recente rechtszaak is de verdachte P. vrijgesproken van de beschuldiging van verkrachting door zijn ex-vriendin. Beide partijen erkennen dat ze gemeenschap hebben gehad, maar verschillen van mening over wat er precies is gebeurd. Volgens de vrouw ging P. door met seksuele handelingen nadat zij had aangegeven dat ze niet meer wilde, terwijl P. beweert dat hij onmiddellijk stopte toen zij dat aangaf. De rechters konden geen eenduidige conclusie trekken en spraken P. vrij. “Het is het woord van de verdachte tegenover dat van de aangeefster.”

Het Openbaar Ministerie (OM) had aanvankelijk anderhalf jaar celstraf geëist tegen de twintiger. De ex-vriendin verklaarde dat ze P. die nacht meerdere keren had weggeduwd en hem had gevraagd te vertrekken. Als extra bewijs voerde het OM aan dat P. in appjes na de seks onder meer schreef: “Sorry van gister, ik weet niet wat me bezielde” en “Ik heb me best wel misdragen.”

Toch oordeelden de rechters na twee weken bedenktijd dat het niet mogelijk was om voldoende concreet vast te stellen wat er die nacht was gebeurd. “Onduidelijk blijft hoe en wanneer de aangeefster aangaf dat zij de seksuele handelingen niet wilde en of dat voor de verdachte ook voldoende kenbaar was. De verschillende verklaringen van de aangeefster daarover zijn niet eenduidig.”

De berichten van P. en twee anonieme verklaringen overtuigden de rechters evenmin van zijn schuld. “Wettig bewijs in deze zaak ontbreekt. De verdachte zelf ontkent stellig dat sprake was van dwang. Hij heeft naderhand zijn excuses gemaakt dat hij niet direct toen de aangeefster dit zei, haar woning heeft verlaten en boos reageerde, omdat zij hem pas na de seks vertelde dat ze sinds kort een vriend had.”

Advocaat Marco Bos laat weten dat zijn cliënt P. opgelucht is. “Hij hoopt dit nu achter zich te kunnen laten. Cliënt heeft het hele proces eensluidend verklaard dat van een zedenmisdrijf geen sprake is geweest.”